Voer je een basisinkomen in, dan creëer je een maatschappij van geëmancipeerde, vrije en gelukkige burgers. Het idee klinkt dan ook fantastisch: iedereen krijgt gratis geld zonder enige voorwaarden en je mag er mee doen wat je wil, no strings attached. Toch zijn er ernstige vragen te stellen bij het idee: is een basisinkomen een ei van Columbus, of eerder een doos van Pandora?
door Jonas Vanderschueren via dewereldmorgen.be
Het basisinkomen: volgens de Volkskrant is het de ‘de grootste economische hervorming aller tijden’ en volgens de Nederlandse historicus Rutger Bregman is het ‘een idee wiens tijd gekomen is’. Als een echt wondermiddel zou een basisinkomen een heleboel maatschappelijke problemen doen verdwijnen als sneeuw voor de zon. De armoede zou afnemen, sociale ongelijkheid zou dalen, maar niet enkel dat: we zouden er ook allemaal gezonder, blijer en gelukkiger van worden. Voer je een basisinkomen in, dan creeër je een maatschappij van geëmancipeerde, vrije en gelukkige burgers. Het idee klinkt dan ook fantastisch: iedereen krijgt gratis geld zonder enige voorwaarden en je mag er mee doen wat je wil, no strings attached. Toch zijn er ernstige vragen te stellen bij het idee: is een basisinkomen een ei van Columbus, of eerder een vat van Pandora?
Een basisinkomen: qué?
Het idee is simpel: we schaffen de sociale zekerheid zoals we ze nu kennen af. Weg met het huidige systeem van uitkeringen, toeslagen en terugbetalingen: in plaats daarvan komt er een onvoorwaardelijk basisinkomen als ruggensteun boven op je loon. Op die manier heb je altijd iets om op terug te vallen in tijden van nood: word je ziek en kan je niet meer werken, blijf je gewoon een basisinkomen ontvangen. Wil je langer blijven studeren? Geen probleem! Ook studenten ontvangen een basisinkomen, waardoor je zonder stress dat diploma Chinees of Sociologie kan bijhalen. Op die manier zou niemand ooit nog in de armoede hoeven te verzeilen of studies hoeven stop te zetten wegens een gebrek aan geld.
In theorie klinkt dit allemaal prachtig, want wie wil er nu niet gratis geld? Wie wil er nu niet de armoede afschaffen? Als klap op de vuurpeil zorgt een basisinkomen ook nog voor een enorme besparing: het hele overheidsapparaat dat nu de sociale zekerheid beheert, kan je gewoon afschaffen. Toch is het basisinkomen geen goed idee, omdat het een antwoord is op een foute analyse van de werking van onze maatschappij en onze economie. Om dat aan te tonen, moeten we eerst kijken welke problemen het basisinkomen wil oplossen en hoe het die probeert aan te pakken. Grosso modo kunnen we daarin drie problemen onderscheiden: globalisering, flexibilisering en armoedebestrijding.
Sociale onzekerheid
Theoretisch gezien is een basisinkomen bedoeld om ons te helpen overleven in een tijd van hyperkapitalistische globalisering. Omdat technologische ontwikkeling steeds verder en steeds sneller ingrijpt op ons leven, zullen almaar meer jobs verdwijnen. De economie zal grotendeels geautomatiseerd zijn en een basisinkomen zou dan nodig zijn om het verschil tussen de haves (mensen met een baan) en de havenots (alle anderen) te compenseren. Een bijkomend voordeel is dat het meer zekerheid biedt: een basisinkomen is onvoorwaardelijk. Daardoor zou het mensen zonder baan de kans geven hun eigen toekomst beter uit te stippelen. Wou je altijd al een theehuis openen in het centrum van Gent? Nu krijg je de kans: de overheid geeft je met een basisinkomen de mogelijkheid om die droom eindelijk te verwezenlijken!
Er is echter een groot probleem waar mensen zoals Bregman nauwelijks rekening mee schijnen te houden: een economie zonder sociale zekerheid gedraagt zich anders dan een met. Iedereen die spreekt over een basisinkomen doet alsof alles bij het oude blijft, maar dan met extra ‘gratis geld’. De samenleving zou dus rijker én stabieler worden zonder dat ‘logge overheidsapparaat’. Maar de sociale zekerheid heeft een enorm stabiliserende impact op de onvoorspelbare natuur van een kapitalistische economie. Ook negeren voorstanders volledig de kostreducerende effecten van collectivisering: in een wereld zonder sociale zekerheid is alles een pak duurder. In de VS bijvoorbeeld, het walhalla van de vrije markt binnen de gezondheidszorg, kan iets simpels als een (exact dezelfde!) bloedtest tussen de $10 en de $10.000 kosten.
Als we de logica van Bregman doordenken, komen we terecht in een wereld waar publieke goederen als gezondheidszorg en onderwijs volledig geprivatiseerd zijn. Hierover zwijgt hij echter in alle talen, en het is alsof een basisinkomen alleen maar pais en vree brengt en geen enkele negatieve effecten in zich draagt. Dat dit toch een logisch gevolg is, wordt bewezen door iemand als Roland Duchâtelet, die openlijk pleit voor verregaande en massale privatiseringen van publieke goederen. Je hoeft geen genie te zijn om in te zien dat de omvorming van onderwijs en gezondheidszorg naar for-profit sectoren kosten de hoogte in zal jagen, sociale ongelijkheid zal vergroten én de kwaliteit van die sectoren teniet zal doen.
Het vaak aangehaalde Mincome-experiment in Canada bewijst dan ook helemaal niets. De grotere structuur (die van een kapitalistische economie met welvaartsstaat) bleef onaangetast. Onderwijs en gezondheidszorg bleven publieke goederen, net zoals een resem andere basisvoorzieningen. Wat er eigenlijk gebeurde in Mincome, was dat mensen een hogere uitkering kregen die onvoorwaardelijk was. Iets wat de welvaartsstaat bij ons ook deed tot in de jaren 1970.
Mens als product
Een belangrijker bezwaar is dat een basisinkomen veel nieuwe problemen schept, maar geen enkel economisch kernprobleem aanpakt. Het is moeilijk om in te zien hoe de massale privatisering van de sociale zekerheid zal leiden tot een meer egalitaire samenleving, laat staan dat het mensen emancipeert. The devil’s in the details: achter de holle retoriek ligt een meer duistere werkelijkheid. Zo zegt Bregman openlijk in zijn artikel op De Correspondent dat
Ook het minimumloon zou kunnen worden afgeschaft, wat de werkgelegenheid aan de onderkant van de arbeidsmarkt goed zal doen. Ouderen zouden makkelijker aan de bak komen – omdat hun loon omlaag kan – en de totale arbeidsparticipatie gaat zo omhoog.
Het valt me moeilijk uit te leggen hoe iemands loon verlagen hem kan emanciperen. Laten we niet vergeten dat er in deze wereld geen publieke goederen meer zijn en levenskosten dus de hoogte zijn ingegaan. Stijgende kosten en een dalend loon: klinkt als een recept voor emancipatie, toch?
Een groot probleem binnen het kapitalisme is wat Marx de ‘commodificatie van arbeid’ noemde. De mens wordt beschouwd als koopwaar die winst moet genereren: hij/zij is slechts een rader in een complex systeem en wordt gelijkgesteld aan andere kostenposten, zoals bouwmaterialen of brandstof. Op die manier worden we volgens Marx stukje bij beetje ontdaan van onze menselijkheid, omdat de band tussen de werknemer en zijn werk doorgeknipt is. De creativiteit die elke mens in zich draagt, wordt onderdrukt omdat de belangen van de werkgever (meer winst maken) fundamenteel in strijd zijn met de belangen van de doorsnee werknemer (betere levenskwaliteit). Een werknemer is onderhevig aan stricte discipline en heeft niets te zeggen over datgene wat hij produceert, want dat eindproduct is eigenlijk van de werkgever. Laten we hier wel op wijzen dat het niet gaat over individuele werkgevers en werknemers, maar over de rollen die ze toegewezen krijgen in het systeem.
Het is duidelijk dat het basisinkomen geen antwoord biedt op dit probleem, maar het net verergert. In theorie zou een basisinkomen zekerheid moeten bieden, maar in de praktijk zouden de kosten voor publieke goederen als gezondheidszorg en onderwijs zo sterk de hoogte in gaan dat een basisinkomen tekort zou schieten om ons in die basisnoden nog te helpen voorzien. Omdat het tegelijkertijd de bedoeling is verworvenheden als het minimumloon af te schaffen, zouden mensen verplicht worden langer te werken voor minder loon. Ook het pensioen wordt natuurlijk afgeschaft, en we spreken dan nog niet over de generaties studenten die zouden afstuderen met torenhoge studieschulden. Het enige mechanisme dat op dit moment het kapitalisme ietwat tempert, de welvaartsstaat, moet plaatsruimen om de vrije markt meer ruimte te geven. Dat die vermarkting misschien net het probleem is, daar wordt geen rekening mee gehouden. In een notendop: alles moet veranderen, zodat alles hetzelfde kan blijven.
Armoede en vooroordelen
Op het vlak van armoedebestrijding is een basisinkomen echter wél een goed idee. Zoals Bregman aanhaalt in een artikel op De Correspondent (‘Waarom we iedereen gratis geld moeten geven’, 14/10/2013), is uit verschillende onderzoeken gebleken dat geld geven aan armen hen in staat stelt hun leven opnieuw op te bouwen. Wat echter vooral opvalt aan die onderzoeken is niet hun conclusie, maar eerder de verbazing die de onderzoekers uitten over hun eigen conclusies. Bregman zelf publiceerde niet zoveel later een artikel met de veelzeggende titel: ‘Free money might be the best way to end poverty’ (Washtington Post, 29/12/2013). Er wordt aangenomen dat armen er bewust voor kiezen om hun leven te vergooien aan drank en drugs, alsof ze op één of andere magische manier genieten van hun problemen. Het is stuitend hoe ver we de logica van de individuele verantwoordelijkheid soms doorvoeren: ben je verslaafd aan drank en/of drugs? Eigen schuld, dikke bult! Dat de maatschappij je uitgekotst heeft, maakt helemaal niets uit: je was gewoon te zwak, te lui of te stom. Er wordt dan ook helemaal geen rekening gehouden met het feit dat als iemand geen manier meer ziet om uit zijn problemen te geraken, hij vast blijft steken in een vicieuze cirkel. Hen meer geld geven, is hen dus een uitweg bieden.
We kunnen ons dan ook de vraag stellen of het niet interessanter zou zijn om ‘het activeringsbeleid’ gewoon af te schaffen en mensen wat meer te vertrouwen.
Basisarmoede: is er een alternatief?
Aan het einde van de rit zou een basisinkomen vooral basisarmoede verzekeren, omdat het eigenlijk slechts een goedklinkende slogan is om sociale verworvenheden af te breken. Het biedt geen antwoord op globalisering en flexiblisering maar versterkt net de ergste aspecten ervan: door de sociale zekerheid af te breken, zouden kosten de hoogte ingejaagd worden en de kwaliteit van basisdiensten als gezondheidzorg en onderwijs sterk dalen. Terwijl het de bedoeling is zekerheid te bieden, zouden die kosten de onzekerheid net verhogen omdat ook sociale verworvenheden als het minimumloon afgeschaft worden. Dat is geen doemdenken, dat is de harde realiteit die zowel bij Bregman als Duchâtelet voorgesteld wordt als een utopie.
Die wereld is echter een dystopie: het versterkt de slechtste tendensen van het kapitalisme en biedt geen antwoord op de structurele ongelijkheid en vervreemding die dat systeem veroorzaakt. Als een doos van Pandora zou het een heleboel onbedoelde (en bedoelde) neveneffecten hebben, die een stuk erger zijn dan de problemen ze wilden oplossen. Het is dan ook vooral een holle slogan: ‘gratis geld’ klinkt fantastisch, maar bij nader inzien blijkt een basisinkomen vooral neer te komen op hogere kosten, en dus minder geld.
Gelukkig is er een alternatief. We kunnen ook een volledig andere weg inslaan en de sociale zekerheid net uitbreiden: het principe van de onvoorwaardelijke uitkering is op zich geen slecht principe, zolang het goed toegepast wordt. Zo kunnen we het activeringsapparaat volledig afschaffen en mensen wat meer vertrouwen. We kunnen de minimumlonen verhogen en de uitkeringen optrekken tot boven de armoedegrens. Basisgoederen die op dit moment in privéhanden zijn, zoals elektriciteit en telecommunicatie, kunnen we opnieuw publieke diensten van maken. Banken zouden opgebroken kunnen worden en gedeeltelijk in publieke handen genomen worden. Investeringen in nieuwe technologieën zoals groene energie zouden nieuwe industrieën kunnen creeëren die bijdragen aan een betere planeet, in plaats van een slechtere.
Onderwijs zou volledig gratis kunnen worden, ook het hoger onderwijs, met ondersteunende maatregelen om mensen die al werken ook de kans te geven nog verder te studeren. Ook in cultuur zou er veel geïnvesteerd moeten worden, aangezien de mens veel meer is dan enkel een ademende machine. Hiervoor kunnen we als maatschappij perfect betalen door de belastingen op vermogenden te verhogen en terug een progressief belastingsstelsel in te voeren. Op die manier zou de politiek opnieuw zeggensschap krijgen over de structuur en de richting van onze economie, en zou onze democratie er een stuk gezonder uitzien. Dat kunnen we dan koppelen aan grotere democratisering en eventuele decentralisering naar de provincies en gemeenten toe.
Dit ruw geschetste en beknopte alternatief beidt veel meer ademruimte voor de mens en de economie dan een basisinkomen ooit zou doen. Zo kunnen we weg evolueren van een kapitalistische wereldeconomie naar een socialistisch alternatief. Uiteindelijk mogen we niet vergeten dat het kapitalisme ook niet in a puff of smoke ontstaan is, maar een lang ontwikkelingsproces heeft doormaakt. Mensen konden pas beginnen spreken over ‘vuile kapitalistische zwijnen!!!!’ toen het kapitalisme bestond en ook als kapitalisme herkend werd. We kunnen onze economie en onze maatschappij dus sturen: laten we dat doen richting democratie, vrijheid en gelijkheid, en niet richting basisarmoede.
Mooi geschreven stuk, alleen als je naar een echt utopische wereld wil dan denk ik dat je naar een bancaire systeem moet die als een soort overheids instelling de gehele arbeidsmarkt beheerd. De eigendommen van bedrijven en zaken worden dan centraal beheerd. De onkosten worden centraal betaald en de winsten worden centraal verzameld. Daarnaast zou er gekeken kunnen worden naar een hervorming van de lonen. De lonen behoeven immers niet meer onderhevig te zijn aan de markt. De lonen worden afhankelijk van kennis (opleidingsniveau en bij studies en cursussen) Leeftijd omdat dit een sociaal aspect vertegenwordigten levens ervaring alsmede dienstjaren. Het aantal personeelsleden aan wie je leidinggeeft. Wel willendheid om werk te zoeken bij werkloosheid. Persoonlijke risico’s kans op letsel of persoonlijke schade. Risico’s en verantwoordelijkheid naar anderen de kans dat je hen schade toe brengt. En als negatieve factor de reeds toegebrachte schades aan anderen als gevolg van je functioneren. De slot som is dat dan het laagste loon van een onwelwillende werkloze de lading moet dekken om te voorzien om een goed minimalistisch leven te kunnen leiden en het hoogste loon mag niet alles over stijgend zijn maar moet geminimaliseerd worden tot voor het gemak een 4-fout hiervan. De interesses voor alle werkplekken in de maatschappij dus ook het vieze werk worden uiteindelijk ge garandeert door de irritatie van de vervuiling. Als je een willekeurige straat als afval hoop gaat gebruiken en geen enkele dienst ruimt het op dan zouden er op een gegeven moment mensen opstaan om het te verhelpen en als het termijn maar lang genoeg duurt worden het er steeds meer iedereen heeft een limiet aan wat hij/zij verdragen wil. Ook dit concept baseerd zich op de principes van het basis inkomen, maar genereerd autoloog een mechanisme die afvlakking van de top voorkomt omdat het voorwaardelijk is. Om de betaalbaarheid van welk systeem dan ook tegemoed te komen kunnen overheids kosten gedrukt worden door (her)-invoeren van een diensten plicht waarbij iedere nederlander een vaste periode van zijn werkend leven (ga uit van 1 jaar) zijn arbeids vermogen ten diensten zet van activiteiten die de prijs voor de overheid drukken. Dit kan op alle fronten zijn waar de overheid kosten in kan maken van infrastructuur tot onderwijs. Van gezondheidszorg tot ouderenzorg van het lokale beveiligingsapparaat tot aan defensie toe. Geen enkel systeem kan banen genereren zolang werkgevers een eis neer kunnen leggen van een minimaal aantal uren om de veiligheid en ervaringsontwikkelingen te kunnen garanderen. Alleen hoe hervorm je een hele wereld als je eigen landje hervormen al bijna ondoenlijk is???
Ieder systeem hoe goed ook bedacht en dicht getimmerd ondervindt een zuigende kracht van de systemen die gebruikt worden bij handels partners en anders functionerende economieën. Elk systeem kan gedrained worden als een ander systeem de juiste voorwaarden weet te creëren om de resources te transporteren naar zijn/haar systeem.
In het voorbeeld van een onvoorwaardelijk basis inkomen wordt dit al ontstaat deze mogelijkheid al door de voorwaarden dat het basis inkomen ten allen tijden moet kunnen voorzien in een minimaal aanvaardbaar basisleven met alle daarvoor noodzakelijke middelen aangaande huisvesting, zorg, voeding, en kleding. (Dan laat ik gas,water licht, communicatie en transport en onvoorziene kosten
even buiten beschouwing)
Nog even een aanvulling op het utopisch systeem. Het spreekt voorzich dat de tijd die geïnvesteerd wordt in arbeid ook een weeg factor wordt. Daarnaast moet het bancairsysteem ingericht zijn op het stimuleren van het uitgeven van geld zo kort mogelijke spaartrajecten en schulden trajecten zijn te prefereren. Ook moet het erf en schenkings recht enorm aangepast worden zodat grote financiële te goeden afhankelijk blijven van de individuele capaciteit om inkomsten te genereren dit betekend dat er een limiet moet worden gesteld aan geld dat zonder wederdienst in een transactie kom binnen de vermogendheid van een individue een nader vast te stellen waarde niet mag overstijgen een vast percentage van een jaartoelag of iets in die trend. Te goeden die in geval van erfrecht overschieten komen automatisch terug in het systeem via de banken. Dan is alleen verborgen en verloren geld nog een systemisch probleem, maar dit kan statistisch beredeneerd worden en geeft dus een mogelijkheid om dit bij benadering via generatie van nieuw geld toch weer terug te genereren.
Overigens kunnen schenkingen en erfenissen in de vorm van producten met een grotere tolerantie benaderd worden. Het blijft echter niet wenselijk dat de huizenmarkt onderdeel kan worden van het erfrecht. Bij het schenkrecht kan daarentegen wel weer op een tolerantere manier om gegaan worden met gelden die tegoed komen aan het kopen van een huis omdat dit wel direct voor circulatie van geld zorgt alleen geld er hier ook dat er een limiet gesteld moet worden van wat toe gestaan wordt bijvoorbeeld 10% van de waarde. van een woning.
Niet echt beste research gedaan Jonas. Je begrijpt blijkbaar niet dat waar je “Gelukkig is er een alternatief” schrijft precies hetgeen is wat een basisinkomensysteem dient in te houden, zeker aldus de Basisinkomen Partij in Nederland. Dus doe je er niet heel goe aan dit zo te publiceren omdat het de stemming onder de bevolking te aanzien van het idee van basisinkomen beïnvloedt door onjuiste/onvolledige informatie te verspreiden.
Dit wat je schrijft in de 2 na laatste alinea is in lijn met vele basisinkomenvoorstellen: “We kunnen ook een volledig andere weg inslaan en de sociale zekerheid net uitbreiden: het principe van de onvoorwaardelijke uitkering is op zich geen slecht principe, zolang het goed toegepast wordt. Zo kunnen we het activeringsapparaat volledig afschaffen en mensen wat meer vertrouwen. We kunnen de minimumlonen verhogen en de uitkeringen optrekken tot boven de armoedegrens. Basisgoederen die op dit moment in privéhanden zijn, zoals elektriciteit en telecommunicatie, kunnen we opnieuw publieke diensten van maken. Banken zouden opgebroken kunnen worden en gedeeltelijk in publieke handen genomen worden. Investeringen in nieuwe technologieën zoals groene energie zouden nieuwe industrieën kunnen creëren die bijdragen aan een betere planeet, in plaats van een slechtere.”
Bekijk het partijprogramma van de Basisinkomen Partij en dit is wat je zult vinden. Regelarme Bijstand als opstap naar het Leefbaar Basisinkomen. Minimumlonen naar € 19 netto. Met banken geheel in burgereigendom. Je mag beter onderzoek doen – buiten je landsgrenzen – alvorens te gaan schrijven.
Om werkelijk mens te worden: Geef een ander wat je zelf zou willen ontvangen.
Dag Jonas,
Ik vind je analyse niet al te sterk. Je verbindt een goed stuk (van Bregman) met een populistisch artikel van Duchatelet. Je gaat ervan uit dat de invoering van het basisinkomen meteen ook inhoud dat publieke voorzieningen als onderwijs en gezondheidszorg worden geprivatiseerd. Dit is in geen geval waar en in geen geval noodzakelijk. Duchatelet meldt dat enkel als één van (zijn) voorstellen om het basisinkomen te financieren. Het is misschien ook eerder een idee van een ondernemer. Bregman stelt dat ‘de rest -na verrekening van kortingen, subsidies etc- betaalt wordt uit belasting op vermogen, vervuiling, financiële transacties en consumptie’. Vind ik persoonlijk een goed idee.
De kern van je betoog is steeds weer dat -met een basisinkomen- ook de publieke diensten zullen worden geprivatiseerd, kosten voor onderwijs en gezondheidszorg de pan uit zullen reizen. Het is bij uitstek aan de specifieke uitvoering van het basisinkomen om hiervoor te kiezen. Mijns inziens zijn die twee dingen volstrekt gescheiden, en zie ik geen noodzaak om studiefinanciering te verhogen, ziektekosten aan de markt over te laten etc. Een aanvullende beurs zou nog kunnen worden uitgekeerd aan arbeidsongeschikten en ouderen, zoals Brechman ook betoogt.
Een mogelijkheid is er wel om bureaucratische apparaten te slinken en/of geheel af te schaffen, zoals die Bregman noemt het ‘bureaucratische toeslagencircus, controle-apparaat dat uitkeringstrekkers dwingt in laagproductieve baantjes’. Ik denk dat er heus wel een regulerend orgaan overblijft die de uitzonderingen op de regel blijft verzorgen/bedienen.
Ik denk dat je juist moet uitgaan dat bij invoering van het basisinkomen heel veel bij het oude blijft, zo niet alles. Het enige verschil is de afschaffing van het activeringsbeleid omrent werklozen, en een verschuiving van een legio heffingen en kortingen, naar dat basisinkomen. Het minimumloon wordt afgeschaft, omdat het overbodig is. Welke werkgever gaat nu -bij afschaffing- onder het minimumloon zitten, als werknemers zich kunnen indekken met een (hoger) basisinkomen? Verder, ouderen kunnen nu vaak niet eens kiezen om aan de slag te gaan voor minder loon, omdat hun werkgever verplicht hun officiële tarief moeten betalen. Dat is wat Bregman denk ik bedoelt met ‘meer impuls onderaan de arbeidsmarkt’.
Enfin, het blijft een boeiend onderwerp, succes met schrijven verder
Met vriendelijke groet,
Benjamin Visser